Het gebied ‘De Kempen’ ligt deels in België, deels in Nederland.

Al zeker 10 jaar gebruiken we Airbnb om bestemmingen voor onze (korte) vakanties te vinden. Airbnb heeft een mooi systeem, waar de gasten een recensie achterlaten over de plek waar ze verbleven, maar waarbij de gastheer/vrouw ook een recensie achterlaat over de gasten zelf. Op het moment dat iemand ergens naar toe wil kan de ontvangende partij dus lezen hoe de aanstaande gasten in kwestie zich bij andere adressen hebben gedragen en evenzo kunnen de gasten in spé zich een oordeel vormen over de plek waar men van plan is naar toe te gaan. De gastheer/vrouw van deze vakantie vond dit aspect een belangrijke reden om het appartement via Airbnb beschikbaar te stellen. Wij zijn indertijd een keer via een collega van mij getipt om Airbnb te gaan gebruiken en sindsdien doen we niet meer anders.

P vindt het leuk om te speuren naar interessante adressen voor een langer of korter verblijf. Vindt ze iets van haar gading, dan wordt het als ‘favoriet’ aangemerkt en op die manier ontstaat er na verloop van tijd een ‘shortlist’ van mogelijkheden om naar toe te reizen. Het was op deze manier dat we terecht kwamen in Zoersel, België.

Ons appartement zat aan het hoofdhuis vast. We hadden een eigen ingang en een eigen terras met een zitje en een parasol (en zelfs de mogelijk voor een hangmat op te hangen).

‘Heb je zin om in de zomervakantie naar een voormalig zwembad te gaan?’ Dat was de vraag waarmee alles dit voorjaar mee begon. Het leek me een prima idee. Ondertussen heb ik geleerd dat de plekken die P aan haar ‘shortlist’ toevoegt prima de moeite waard zijn. Wij zouden in de zomervakantie dus drie weken (een week langer dan gebruikelijk) naar Zoersel in België gaan.

Het gemeentewapen van Zoersel.

Zoersel ligt circa 25 kilometer ten oosten van Antwerpen aan de rand van het Zoerselbos, in het noordelijke deel van de Belgische Kempen. Vanuit Zoersel is het 44 kilometer naar Tilburg. Het huis waar wij naar toe zouden gaan heet ‘Droogdok’ en bevindt zich in het Zoerselbos. De vakantiewoning zit vast aan het huis van Marie en Frank. Ze hadden zich – toen ze van plan waren  het huis te kopen – gerealiseerd dat er het nodige onderhoud moest gebeuren. Een van de dingen die moest worden aangepakt was het aan het huis liggende overdekte zwembad. Na wat denkwerk werd besloten een appartement op de betonnen bak van het zwembad te bouwen. Marie vertelde ons dat ‘dok’ een wat ouder Vlaams woord voor zwembad was. Dit ‘dok’ stond droog, vandaar de naam ‘Droogdok’.

Kom tot rust, aan de rand van het Zoerselbos, in de ruime en lichte vakantiewoning ‘Droogdok’ (vroeger een overdekt zwembad). De woning omvat een grote open leefruimte, een volledig ingerichte keuken, een ruime badkamer en een slaapkamer met dubbel bed. Verder vind je in de leefruimte een uittrekbaar bed voor 2 personen. De woning met terras en tuin zijn volledig privé, gelegen in volle natuur, in de stilte van het grote bos. De ideale omgeving voor wandelaars, fietsers en mountainbikers.

Het adres was iets moeilijker te vinden dan we hadden aangenomen, maar min of meer op de afgesproken tijd parkeerden we onze Peugeot bij het schuifhek van het Droogdok. De ontvangst was hartelijk en de gastvrouw liep met ons mee om de verschillende dingen met betrekking tot de woning uit te leggen, Het was een prachtige woning! Duidelijk herkenbaar was de vorm van het oorspronkelijke (en niet meer zichtbare) zwembad. We hadden allebei onze eigen fietsen meegenomen en terwijl we die van de fietsendrager achterop de auto afhaalden vroegen of het gemakkelijk was om een supermarkt in de buurt te vinden. Dat bleek totaal geen probleem te zijn. Het grootste gedeelte van de fietsroute van circa 3½ km naar de Carrefour in Zoersel bleek door het Zoerselbos te lopen. De eerste kilometer was vanaf het Droogdok rechtdoor het bos in, vervolgens linksaf en nog eens 2 kilometer door het bos fietsen. De laatste halve kilometer fietsten we door het dorp.

Toen we de auto hadden leeggehaald parkeerden we die op een plek waar hij niet zo erg in de weg zou staan, dat bleek een plek onder de dennenbomen te zijn (maar dat hadden we naderhand pas in de gaten). We hebben de auto die drie weken nauwelijks gebruikt. Ik meen me te herinneren dat we er één keer mee naar de Carrefour geweest zijn. Toen we terugreden naar Groningen ontdekten we de nodige plekjes met naaldbomenhars op de auto. Inmiddels heb ik gelezen dat naaldbomenhars zich goed laat verwijderen met isopropanol, maar het schijnt ook goed met Dasty te willen (dat is een ontvetter, je koopt het bij de Wibra).

Voorafgaand aan onze vakantie had ik bedacht dat ik ‘De redder’, het 3e deel van de Waddenthrillers van Mathijs Deen wilde gaan lezen, daar was ik in de voorjaarsvakantie niet aan toegekomen. In twee dagen was het boek uit. Als reserve had ik de Millennium trilogie van Stieg Larsson meegenomen. Hoe we op dat idee kwamen kunt u hier lezen trouwens. P begon aan deel 1 van deze trilogie toen ik nog met het boek van Mathijs Deen in de weer was.

Onze wensen voor de zomervakantie (en eigenlijk voor alle vakanties) zijn niet zo groot. Wij willen natuurlijk een beetje ‘op verkenning’ om een beter beeld te hebben van de plek waar we terecht zijn gekomen. De grootste behoefte is echter wat minder verplichtingen, wat minder het gevoel hebben te moeten ‘zorgen’. Daarom gaan er steevast wat boeken mee. daarom gingen deze keer ook de eigen fietsen mee.

De eerste dag werd voornamelijk besteed aan wat boodschapjes doen en onze spulletjes een beetje op orde zien te krijgen. Daar waar in de meeste vakantiehuizen een uitgebreide map aanwezig is met handleidingen voor de wasmachine tot en met de broodrooster, bleek een dergelijke verzameling handleidingen in dit appartement te ontbreken. Op zich geen probleem, maar toen we wilden gaan koken bleek het toch ingewikkeld om de inductiekookplaat aan de praat te krijgen. Nadat we allebei verschillende pogingen hadden ondernomen hebben we maar eens op het internet gezocht. Daar kwamen we tot de ontdekking dat het kinderslot van de kookplaat voor ons een grotere uitdaging bleek dan we aan hadden genomen. Als de op die manier een oplossing voor een probleem hebt gevonden vergeet je die voorlopig niet meer…

Het Boshuisje, een pittoresk oud gebouwtje langs een onverharde weg in het bos te Zoersel. Halverwege de negentiende eeuw kwam Hendrik Conscience, de man die zijn volk leerde lezen, regelmatig in Zoersel. In het Boshuisje zou hij het verhaal gehoord hebben dat hem inspireerde voor De Loteling. Het verhaal is dat van Jan Braems, een jongen van bescheiden afkomst, die door loting vrijgesteld werd van militaire dienst, maar zijn ‘lot’ verkocht aan een gegoede burgerszoon. Jan vervulde in diens plaats zijn militaire dienstplicht, maar werd tijdens zijn legerdienst blind.

Marie en Frank hadden ons verteld over Het Boshuisje, een mooie ‘uitspanning’ (zoals als Kees Jansen dat altijd noemt) op amper een paar kilometer van ons onderkomen. Bij Het Boshuisje hadden ze Corsendonk trappistenbier van het vat, een heerlijk biertje aldus Marie. Toen ik eens ging nalezen over Het Boshuisje bleek dat er een link was naar Hendrik Conscience (1812-1883) die daar een van zijn boeken had gesitueerd en geschreven. Conscience is bekend geworden als de schrijver van ‘De leeuw van Vlaanderen’ en vele andere boeken. Mijn goede vriend Kees verzamelt al jaren boeken van deze schrijver. Verder bleek ook dat Het Boshuisje en de link naar Hendrik Conscience een rol te spelen in deel # 194 van de strip Suske en Wiske (Suske en Wiske en de Gouden Ganzeveer). Allemaal redenen om maar eens op zoek te gaan naar Het Boshuisje. Toen we het gevonden hadden waren we teleurgesteld. Vanwege de vakantieperiode was Het Boshuisje gesloten…

Hendrik Conscience. ‘Niet verre van de plaats waar ik mij bevond, stond eene hoeve, wel eenzaam op de heide, doch als een oasis in de woestijn, omringt met groene velden en frisch geboomte’. Een passage uit het boek ‘De loteling’ van schrijver Hendrik Conscience, die het hier heeft over het boshuisje. Hij vertoefde veel in het Zoerselbos en heeft mogelijks ook verbleven in het boshuisje. Dat het toen al een herberg was, is niet geweten. Wel speelde het een prominente rol in zijn roman ‘De loteling’. Het boshuisje werd gebouwd tussen 1800 en 1820 als boswachterswoning. Over deze vroege periode is weinig geweten. Wel kunnen we vaststellen dat in 1888 Heinke Van Peer en Fien Claes het boshuisje gaan bewonen en naast de boswachterstaak er ook een kleine boerderij beginnen. Na verloop van tijd werd er ook een herberg uitgebaat. Zoon Fons en Melanie (Melle) trekken in bij zijn ouders in het boshuisje. Na het overlijden van Heinke in 1926 neemt Fons de boswachterstaak over. Als een tijdje later ook Fien komt te overlijden, ontfermt Melle zich over de klanten van de herberg. Sindsdien is het boshuisje ook steeds een herberg gebleven. De oorspronkelijke indeling is grotendeels gebleven. Vele authentieke elementen kan u nog terugvinden en de charme van toen is ongetwijfeld nog aanwezig.
Hendrik Conscience schreef het volgende over zijn verblijf in Zoersel: ‘Dry maenden bragt ik door op de heide: – gy weet, dit schoone oord waer de ziel in haerzelve terugkeert en rust geniet; waer alles zingt van vrede en stilte; waer de geest, in tegenwoordigheid van Gods oorspronkelyke schepping, den looden sluijer der overeenkomst wegwerpt, de maetschappy vergeet, en met vernieuwde jeugd opstaet uit zyne banden; waer elk gedacht de vorm van het gebed aenneemt; waer alles wat niet met de frissche ongedwongene natuer overeenstemt uit het harte valt?’
Ik heb de software van MyHeritage gebruikt om een oude ansichtkaart van het Zoerselhof in te kleuren. Ik ben onder de indruk van de bloeiende yucca’s links en rechts op deze afbeelding…

We hadden snel in de gaten dat het fietsen in het Zoerselbos aangenamer was dan het fietsen in het dorp. Het was – in de weken dat we in Zoersel vakantie hadden – behoorlijk was. In de bos is het op dat soort dagen snel een graad of vijf, zes koeler dan buiten het bos, en bovendien is er aanzienlijk meer schaduw voorhanden. We hebben dus een groot aantal rondjes door het Zoerselbos gefietst. Veel van die rondjes hadden als thema ‘huizen kijken’. We hebben ons enorm verbaasd over de grote aantallen ‘mooie huizen’ die we in Zoersel te zien kregen. In het dorp zelf viel het wel mee, maar op de plekken waar het dorp overging in het bosgebied waren af en toe de mooiste huizen te zien. Het duurde dan ook niet lang of ik kreeg via WhatsApp allerlei ‘mooie huizen’ toegestuurd door P. We hebben in grote lijnen dezelfde smaak, dat maakte de discussies eenvoudiger. Maar we waren beiden zeer verwonderd over het verschil in woningen in Groningen en in Zoersel. Als je in Groningen een mooi huis te koop ziet staan, dan hangt daar natuurlijk een bepaald prijskaartje aan. Ga je vervolgens met dat budget in Zoersel kijken naar een woning dat is de constatering dat je daar voor hetzelfde geld aanzienlijk meer huis hebt dan in Groningen. Niet alleen dan. We hebben nauwelijks twee dezelfde huizen naast elkaar zien staan in Zoersel; probeer dat beeld in Groningen maar eens terug te vinden…

Zo is er – ook in het Zoerselbos – het Zoerselhof te vinden. Dit is een huis van een geheel andere orde, maar wel een prachtig huis; eigenlijk een kasteel. Ik heb wat meer informatie over deze prachtige plek in het Zoerselbos. Na ons fietstochtje vond P het filmpje over het pand.

Het Zoerselhof dateert van 1790 als abtshof van de paters Cisterciënzers. Nadien kende het een zeer gevarieerd bestaan onder andere als kinderverblijf, pension, hotel-restaurant, en uiteindelijk kasteel. We danken Ivo Van Vaerenbergh, de huidige eigenaar en bezieler van het Zoerselhof. Het gebouw en het domein van 18 ha werd dank zij deze man in 1989 volledig gerestaureerd tot in zijn oorspronkelijke staat, zoals het was ten tijde van de paters. Waarschijnlijk was hier in 1233 al een jachtverblijf van de hertog van Brabant. Het gebied werd geschonken aan de Sint-Bernardusabdij te Hemiksem die er een landbouwbedrijf genaamd Hoodonc (Hooidonk) vestigde. De hoeve werd voor het eerst vermeld in 1287. Deze werd omstreeks 1566 gesplitst in de Grote Hoeve van Hooidonk en de Kleine Hoeve van Hooidonk. In 1638 was er al sprake van vier boerderijen. Er was ook een woning voor de rentmeester. In 1754 brandde de hoeve af en deze werd herbouwd. In 1787 werd het huidige kasteel gebouwd in classicistische stijl. Het diende als verblijf voor de rentmeester (provisor) en de abt. In de Franse tijd werd het domein onteigend en openbaar verkocht, en in 1797 kwam het aan de particulier J.P. Schmitz. Het werd meerdere male doorverkocht en na de Tweede Wereldoorlog werd het ingericht als hotel-restaurant. In 1956 werd de bovenste verdieping door brand vernield, waarna herstel volgde.

We zijn in totaal drie weken in Zoersel geweest. Deze post is de eerste van een kleine serie met meerdere delen. Wordt vervolgd dus…

Onderaan de post is een blokje waar u een reactie achter kunt laten. Ik stel dat zeer op prijs! U wordt gevraagd om een mailadres. Dit mailadres wordt niet gepubliceerd, maar stelt mij – als beheerder van deze site – in staat om te reageren op uw reactie.

Volgende post